Home / Publicaties / Antitrust, Competition & Trade update: november en...

Antitrust, Competition & Trade update: november en december 2023

In het kort

In het blog ‘Kleine overnames, grote problemen’ van 6 november 2023 stelt Martijn Snoep dat de Mededingingswet in de afgelopen 25 jaar een goed en effectief instrument is gebleken om de meeste concurrentieproblemen aan te pakken. Toch zijn er twee hiaten: het ontbreken van regulering voor 'understandings' tussen ondernemingen en het gebrek aan toetsing van kleine overnames die toch concurrentieproblemen veroorzaken. Een goede oplossing voor dat laatste zou volgens Snoep een call-in bevoegdheid zijn op basis waarvan de ACM kleine overnames onder de drempels alsnog kan onderzoeken. De onzekerheid voor ondernemingen die hiermee gepaard gaat, kan naar zijn oordeel verminderd worden door de mogelijkheid van een vrijwillige melding vooraf en een periode van drie maanden waarbinnen de ACM moet aangeven of zij de overname wil onderzoeken.

De rechtbank Amsterdam stelt op 8 november 2023 prejudiciële vragen aan de Hoge Raad in een van de rechtszaken over schade naar aanleiding van het veelbesproken truckkartel. De rechtbank vraagt of een enkelvoudige en voortdurende inbreuk van artikel 101 VWEU onder Nederlands recht moet worden gekwalificeerd als een enkelvoudige en voortdurende onrechtmatige gedraging die resulteert in afzonderlijke schadevergoedingsvorderingen op het moment dat de schade wordt geleden, of dat dit leidt tot een enkelvoudige schadevergoedingsvordering per gedupeerde die uit verschillende schadeposten bestaat. Ook legt de rechtbank de vraag voor wat het doorslaggevende tijdstip is voor de vaststelling van de toepasselijke conflictregel en wil zij weten welk aanknopingscriterium moet worden gehanteerd bij de bepaling van het toepasselijk recht.

De ACM besluit op 5 december 2023 geen vervolgonderzoeken in te stellen in drie zaken die zien op de geneesmiddelensector. In de eerste fase van de onderzoeken, die zich richtten op (i) fabrikanten die hoge prijzen hanteerden en (ii) de voorwaarden voor verkoop aan zorgaanbieders, zijn volgens de ACM onvoldoende aanwijzingen gevonden voor overtredingen. De ACM blijft echter waakzaam voor mogelijke concurrentieovertredingen in de geneesmiddelensector en roept op om signalen te blijven delen, vooral met betrekking tot excessieve prijzen en afspraken die de verkoop van goedkopere en kwalitatief gelijkwaardige geneesmiddelen belemmeren.

Op 15 december 2023 publiceert de ACM haar nieuwe Beleidsregel Remedies bij Concentratiezaken. Als in het kader van concentratiemeldingen mededingingsbezwaren opkomen, kan de ACM voorwaarden, voorschriften of beperkingen ('remedies') opleggen voor de goedkeuring van de concentratie. Deze beleidsregel beschrijft de inhoudelijke vereisten voor remedies en geeft richtlijnen voor ondernemingen bij het indienen en implementeren ervan. De ACM streeft ernaar de afhandeling van concentratiezaken te versnellen door ondernemingen te helpen voldoen aan haar eisen. De oude Richtsnoeren Remedies uit 2007 zijn met de invoering van deze Beleidsregel Remedies komen te vervallen.

Op 20 december 2023 stelt de rechtbank Amsterdam prejudiciële vragen aan het Hof van Justitie van de EU (HvJ) in de collectieve schadevergoedingszaak op basis van de WAMCA tegen Apple wegens vermeende mededingingsrechtelijke inbreuken in de App Store. In deze zaak stellen de Nederlandse claimstichtingen RCJ en ASC dat Apple haar economische machtspositie misbruikt door hoge provisies te hanteren voor apps en in-app producten. Het HvJ moet beoordelen of de Nederlandse rechter internationale rechtsmacht heeft en ook bijvoorbeeld wat moet worden aangemerkt als de plaats van het schadeveroorzakende handelen in geval van misbruik via een door Apple beheerd online platform.

Op 27 december 2023 oordeelt de rechtbank Rotterdam dat bij een dawn raid verkregen bewijs onrechtmatig is. In november 2021 deed de ACM een inval bij Onderneming A en in 2023 legde zij een boete op aan Ondernemingen A en B. Volgens A en B was de inval echter onrechtmatig. De ACM verwees namelijk in de doelomschrijving van het onderzoek alleen naar Onderneming E, die niet was gevestigd op het adres waar de inval plaatsvond. De ACM deed dus onderzoek bij een onderneming die buiten de onderzoeksopdracht viel. Ten tijde van de inval is dit direct kenbaar gemaakt aan de ACM. Desondanks zette de ACM haar inval voort en breidde zij pas vier maanden later de doelomschrijving van het onderzoek uit. Volgens A en B deed de ACM daarom een inval bij een bedrijf waartegen geen verdenking van onrechtmatig handelen bestond. Dit is in strijd met het grondrecht op eerbiediging van het privéleven (artikel 8 EVRM en artikel 7 Handvest). De voorzieningenrechter volgt dit standpunt en stelt ook dat de ACM haar gebrekkige doelomschrijving niet vier maanden later met terugwerkende kracht kan herstellen door de onderzoeksomschrijving per brief uit te breiden. Volgens de rechter bevestigt deze uitbreiding juist dat de doelomschrijving tekortschoot. De informatie die tijdens de inval is verzameld, moet worden uitgesloten als bewijs. De boete houdt naar het voorlopige oordeel geen stand en het boetebesluit mag niet worden gepubliceerd.

Rechtbank oordeelt dat ACM terecht boete heeft opgelegd aan Samsung

Op 13 november 2023 bevestigt de rechtbank Rotterdam een door ACM aan Samsung Electronics Benelux B.V. (Samsung) opgelegde boete voor een kartelinbreuk. Op 14 september 2021 had de ACM Samsung een boete van ruim EUR 39 miljoen opgelegd, omdat de onderneming van januari 2013 tot en met december 2018 ongeoorloofde invloed uitoefende op de online-verkoopprijzen van televisies van zeven detailhandelaren.

Samsung monitorde via webcrawlers de online-verkoopprijzen van televisiemodellen van detailhandelaren. Als Samsung te lage marktprijzen zag, nam zij contact op met de detailhandelaren en spoorde hen aan hun prijs te verhogen. Daarbij liet zij ook weten dat andere detailhandelaren eveneens daartoe werden aangespoord. Dit gebeurde via e-mail en Whatsapp, zo ontdekte de ACM bij bedrijfsbezoeken. Het was tweerichtingsverkeer: de detailhandelaren vroegen op hun beurt ook aan Samsung om hun concurrenten aan te spreken als zij te lage prijzen hanteerden.

In het kader van het beroep tegen de afwijzing van haar bezwaar stelt Samsung zich op het standpunt dat zij slechts advies gaf aan de detailhandelaren zonder daarbij enige vorm van dwang uit te oefenen om ook daadwerkelijk de adviesprijzen aan te passen. Samsung betoogt verder dat haar handelen geen belemmering vormde voor de concurrentie met andere merken. De rechtbank bevestigt het standpunt van de ACM dat dit handelen als een overeenkomst en/of een onderling afgestemde feitelijke gedraging kan worden gekwalificeerd en concludeert dat de contactmomenten die Samsung initieerde ‘indringende verzoeken’ waren om in specifieke gevallen de prijzen te verhogen. De detailhandelaren reageerden positief, waardoor volgens de rechtbank geen noodzaak tot contractuele dwang of financiële stimulansen bestond om tot afgestemd gedrag te komen in de zin van het kartelverbod.

De rechtbank verwerpt ook het argument inzake de intrabrand concurrentie. De ACM hoefde geen onderzoek te doen naar de concurrentie tussen verschillende merken om vast te stellen dat Samsung in feite een verticaal kartel runde. De rechtbank laat daarom de boete van de ACM in stand.

Rechtbank Rotterdam 13 november 2023 (ECLI:NL:RBROT:2023:10490)

ACM mag marktverkenning ICT in de zorg publiceren

In 2020 heeft KPMG in opdracht van de ACM een marktverkenning uitgevoerd naar informatiesystemen van ziekenhuizen en digitale gegevensuitwisseling in de zorg. KPMG heeft de marktstructuur en gedragingen van ICT-leveranciers, ziekenhuizen en andere betrokkenen in kaart gebracht. Daarbij is onderzocht in hoeverre systemen als open worden ervaren en goed met elkaar kunnen communiceren. Enkele bevindingen wijzen op een sterk geconcentreerde markt met enkele aanbieders van ziekenhuisinformatiesystemen. Toetreding is moeilijk vanwege nationale wet- en regelgeving en de terughoudendheid van ziekenhuizen om over te schakelen naar andere systemen vanwege hoge kosten. Ook worden door betrokken partijen verschillende belemmeringen ervaren omtrent gegevensuitwisseling tussen informatiesystemen van verschillende aanbieders, waaronder op het gebied van interoperabiliteit.

Toen de ACM deze marktverkenning wilde publiceren, ging Chipsoft in 2021 daar tegen in beroep bij de rechter. Op 21 november 2023 heeft het CBb in hoger beroep bevestigd dat de ACM de marktverkenning met enkele aanpassingen mag publiceren. De rechter benadrukt dat deze zaak verschilt van situaties waarin een bestuursorgaan bevoegd is om een sanctiebesluit of boeterapport openbaar te maken. In dit geval draait het niet om de beoordeling van de betrokkene als overtreder, aangezien er geen overtreding wordt vastgesteld. Bovendien is het KPMG-rapport niet door de ACM zelf opgesteld, maar in haar opdracht vervaardigd. Daarnaast heeft het betrekking op een marktverkenning en is het geen uitputtend onderzoek. Wat betreft de gestelde feitelijke onjuistheden, merkt de rechter op dat veel bezwaren van Chipsoft gericht zijn op het onderzoek zelf.

Het CBb oordeelt dat er geen bewijs is dat de marktverkenning een onvolledig of vertekend beeld geeft van de markt of de positie van Chipsoft daarop. Desondanks concludeert het CBb dat het noodzakelijk is dat het rapport op vier punten wordt aangevuld met de reactie van Chipsoft. Om die reden vernietigt het CBb de aangevallen uitspraak en het openbaarmakingsbesluit en neemt het zelf een openbaarmakingsbesluit, inclusief de toevoeging van de reactie van Chipsoft op de genoemde punten

Marktverkenning ICT in de zorg | ACM.nl

Rechtbank Rotterdam 14 december 2021 (ECLI:NL:RBROT:2021:13756)

College van Beroep voor het bedrijfsleven 21 november 2023 (ECLI:NL:CBB:2023:637)

ACM legt boete van ruim 2,5 miljoen euro op in worteltjeskartel

De ACM legt op 7 december 2023 voor een kartelinbreuk boetes van meer dan EUR 2,5 miljoen op aan vier ondernemingen, te weten Laarakker, VanRijsingen, Veco en Verduyn. De betrokken ondernemingen verkopen waspeen en Parijse wortelen aan conserven- en diepvriesfabrikanten in Nederland, België en Duitsland. Waspeen wordt voornamelijk gebruikt in combinatie met erwten in de conservenindustrie, terwijl Parijse wortelen een ronde vorm hebben en vooral op de Duitse markt geliefd zijn.

In een schriftelijke overeenkomst uit 2008 hebben Laarakker, VanRijsingen, Veco en Verduyn afgesproken dat Veco gedurende tien jaar niet betrokken zou zijn bij de teelt, verwerking en verkoop van waspeen. Veco werd hiervoor financieel gecompenseerd. Daar stond ook tegenover dat Laarakker, VanRijsingen en Verduyn zich niet zouden bezighouden met Parijse wortelen. Voorts maakten Laarakker en Veco onderling afspraken over de levering van Parijse wortelen aan Duitse afnemers, hierbij waren VanRijsingen en Verduyn echter niet betrokken.

Zowel Laarakker als Verduyn hebben kort nadat de ACM bedrijfsbezoeken had afgelegd een clementieverzoek ingediend bij de ACM en aanvullende informatie verstrekt. Dit heeft geleid tot een substantiële verlaging van de boetes. De andere partijen hebben later in de procedure de overtreding erkend en meegewerkt aan een vereenvoudigde afdoening van de zaak. Op die grond hebben zij ook een boeteverlaging ontvangen.

Openbaar besluit Waspeen en Parijse wortelen | ACM.nl

Auteurs

Edmon Oude Elferink
Edmon Oude Elferink
Partner
Advocaat
Amsterdam
Annemieke Hazelhoff
Annemieke Hazelhoff
Counsel
Advocaat
Amsterdam

Nieuwsbrief

Heeft u interesse in onze nieuwsbrieven en uitnodigingen voor events? Schrijf u dan in voor onze nieuwsbrief.

Contactpersonen

Edmon Oude Elferink
Partner
Advocaat
Amsterdam
T +32 26 5004 54
Annemieke Hazelhoff
Counsel
Advocaat
Amsterdam
T +31 20 3016 437